Mijn gedachten gaan nu terug naar de vierde klas van de lagere school naar het schooljaar 1979/80. Ik zat op de St. Bernardusschool aan de Richard Holkade in Haarlem en we hadden daar les van Juffrouw Engelman. Ik zie me haar nog voor me, halflang donker krullend haar en een bril dragend. Ze kon altijd zo streng en serieus kijken, maar je kon ook wel met haar lachen. Ze maakte altijd een kopje thee in de klas met een dompelaar, zo’n spiraal ding die je in een glas water deed met een snoer eraan en een stekker in het stopcontact. Het was een belangrijk jaar, want we kregen te maken met de troonswisseling van Koningin Juliana, haar dochter Beatrix zou het van haar overnemen. Bij haar leerde we ook de twee coupletten van het Wilhelmus zingen, de eerste en zesde couplet van het vijftien coupletten tellende volkslied.

Wilhelmus van Nassouwe
ben ik, van Duitsen bloed,
den vaderland getrouwe
blijf ik tot in den dood.
Een Prinse van Oranje
ben ik, vrij, onverveerd,
den Koning van Hispanje
heb ik altijd geëerd.

Mijn schild ende betrouwen
zijt Gij, o God mijn Heer,
op U zo wil ik bouwen,
Verlaat mij nimmermeer.
Dat ik doch vroom mag blijven,
uw dienaar t’aller stond,
de tirannie verdrijven
die mij mijn hart doorwondt.

De troonswisseling ging gepaard met krakersrellen in Amsterdam, we volgden het allemaal op de televisie thuis. Na de kroning van Koningin Beatrix op woensdag 30 april 1980 gingen we donderdag weer over tot de orde van de dag.

Het was ook juffrouw Engelman die in de dagen erna mijn interesse in de Tweede Wereldoorlog heeft aangewakkerd. De dodenherdenking op 4 mei viel dat jaar op een zondag en de maandag van de 5e mei waren we vrij van school. De dag erna vroeg de juf op school hoe ons weekend was en wat we zoal gedaan hadden. Ze kwam met vragen wat we op 4 mei nou echt herdachten en wat we op 5 mei nou echt vierden, om vervolgens te spreken over vrijheid en wat vrijheid allemaal inhoudt. Deze vragen over 4 en 5 mei hadden op mij, als 10-jarige jongen wel zijn impact en wekten mijn aandacht. Je kunt wel zeggen dat dat moment mijn bewustwording was van de Tweede Wereldoorlog en wat vrijheid nou eigenlijk echt inhoudt. Vrijheid van meningsuiting, vrijheid om te zijn wie je bent, vrijheid om te denken wat je denkt, vrijheid om te gaan waar je wilt gaan, vrijheid om te doen wat je wilt doen. De vrijheid om jezelf te zijn…

In de jaren daarna ben ik me ook meer gaan interesseren voor die Tweede Wereldoorlog en heeft het toch wel een rol gespeeld in mijn verdere leven.

Een paar minuten is het stil

Overdag is het nooit stil in de stad, want er rijden auto’s, bromfietsen en bussen die lawaai maken. De mensen maken ook lawaai, ze praten, roepen en lachen. Ze hebben het druk. Als er geen school is, maken kinderen ook lawaai op straat. Lekker hard bellen op de fiets of lekker hard schreeuwen. In de stad kun je niet horen dat de wind door de bomen waait. Ja, overal is er lawaai.

Maar een paar minuten is het stil

Op de vierde dag van de maand mei is het elk jaar even stil in Nederland. Altijd op de vierde mei en altijd om acht uur ’s avonds. Als je naar de grote mensen kijkt, dan zie je, dat ze ernstig kijken. Sommige kijken verdrietig. Overal hangen vlaggen, ze hangen halfstok. Op 4 mei denken we terug aan de mensen die gestorven zijn in de oorlog. De huidige tekst luidt:

Tijdens de Nationale Herdenking herdenken wij allen – burgers en militairen – die in het Koninkrijk der Nederlanden of waar ook ter wereld zijn omgekomen of vermoord; zowel tijdens de Tweede Wereldoorlog en de koloniale oorlog in Indonesië, als in oorlogssituaties en bij vredesoperaties daarna. 

Op de vierde dag in mei gaan mijn gedachtes terug naar de Tweede Wereldoorlog, naar mensen die vochten voor onze vrijheid, hetzij als militair of als verzetsman/-vrouw en daarbij het leven lieten. Maar zeker ook naar de mensen, onschuldige burgers die door represaille om het leven werden gebracht en naar hen die vanwege hun geloof, ras, geaardheid werden opgepakt, weggevoerd en werden vermoord in vernietigingskampen, omdat ze simpelweg niet paste in het plaatje wat de Nazi’s voor ogen hadden. Voor hen ben ik jaarlijks minstens twee minuten muisstil.

Bij de herdenkingen waar ik dan aanwezig ben wordt er na de twee minuten stilte het Wilhelmus gespeeld en zingen we de twee coupletten mee. Ook worden er de nodige toespraken gehouden met de kreet: “Nooit meer…”. Want “Nooit meer” hebben we toen als bevolking na de Tweede Wereldoorlog aan onszelf beloofd en aan de generaties na ons. “Dit mag nooit meer gebeuren.” Maar helaas…

Joodse monumenten

Tijdens de dodenherdenking in 2008 aan de Jan Gijzenvaart in Haarlem-Noord, maakte ik kennis met een man, genaamd Chis Hahn. Hij stond daar met een spandoek met als opschrift “715 Haarlemse Joden” (zie hier meer over deze ontmoeting en het gevolg). Deze ontmoeting met Chris zou mijn kijk op de Tweede Wereldoorlog ook doen veranderen. Het is dan ook mede door Chris dat ik in de jaren daarna meer te weten gekomen ben over de holocaust en dat ik me er ook meer in ben gaan verdiepen.

Chris Hahn

Natuurlijk leerde ik na de lagere school wel over de holocaust en de verschikkingen van de vernietigingskampen, maar was altijd wel een beetje een ver van mijn bed show, zoals dat voor menig Nederlander zal zijn. Echter door Chris en onze inzet voor een gedenkteken voor die 715 vermoordde Haarlemse joden, ben ik ook in contact gekomen met Joodse gemeenschap. Van diverse mensen kreeg ik verhalen te horen die ik niet eerder gehoord had, de verschrikkingen die deze mensen ondervonden, zelfs hoe men na de oorlog behandeld werd door de gemeente, stadsgenoten en voormalige buren. Mensen die terug kwamen uit de kampen werden met de nek aangekeken, hadden niets meer en moesten zelfs achterstallig huur en belasting betalen.

Mensen die mij goed kennen weten dat ik niet goed tegen onrecht kan en deze mensen was een groot onrecht aangedaan. Dat was een van de drijfveren om ervoor te zorgen dat het Joods Monument er in Haarlem ook zou komen. Ik ben er dan ook trots op dat we het monument op 23 september 2012 mochten onthullen, samen met Chris, Mieke, Robert en Jaap. Hierna mocht ik nog twee Joodse monumenten ontwerpen en onthullen en ook daar ben ik heel trots op.

Eline, zomaar een meisje uit Haarlem

Nadat het Joods monument in Haarlem gerealiseerd was, schreef ik een lesbrief over de jodenvervolging voor de groepen 7 en 8 (vroeger de 5e en 6e klas) van de basisschool. De lesbrief is bedoeld om deze leerlingen van het basisonderwijs te informeren over en te betrekken bij het herdenken van de in de Tweede Wereldoorlog omgebrachte Haarlemse Joden. De lesbrief geeft tevens meer informatie over de jodenvervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog in het algemeen.

Eline was zomaar een meisje uit Haarlem, dat op tienjarige leeftijd met haar familie op 10 september 1943 werd vermoord in Auschwitz. Mocht je meer willen weten of deze lesbrief willen lezen, klik dan even hier.

Jodenvervolging verwijst naar de systematische discriminatie, vervolging en uiteindelijk genocide van Joodse mensen tijdens de Holocaust, die plaatsvond tijdens de Tweede Wereldoorlog, tussen 1939 en 1945, onder het regime van nazi-Duitsland en zijn bondgenoten. Onder leiding van Adolf Hitler en de nazi-partij werden anti-Joodse wetten ingevoerd, Joodse eigendommen werden geconfisqueerd en Joden werden gediscrimineerd in alle aspecten van het dagelijks leven.

De vervolging bereikte een gruwelijk hoogtepunt met massadeportaties naar concentratie- en vernietigingskampen, waar miljoenen Joden werden vermoord in gaskamers en op andere manieren. Dit was onderdeel van de nazipolitiek om een “Endlösung der Judenfrage” (eindoplossing voor het Joodse vraagstuk) uit te voeren, wat leidde tot de dood van ongeveer zes miljoen Joodse mensen, evenals miljoenen anderen, waaronder Roma, gehandicapten, politieke dissidenten en homoseksuelen, in wat algemeen bekend staat als de Holocaust. De Holocaust wordt beschouwd als een van de meest gruwelijke misdaden tegen de menselijkheid in de moderne geschiedenis.

Antisemitisme en racisme

Ooit als gemeenschap beloofden we dat het “nooit meer” zou gebeuren, “nooit meer” holocaust, “nooit meer” Jodenvervolging. Maar sinds de terroristische aanvallen op 7 oktober 2023 van Hamas op Israël staat de wereld op z’n kop. De oorlog in Israël leidt tot groeiende bezorgdheid binnen de Joodse gemeenschap. We zien de Pro-Palestina demonstraties over de hele wereld, waarbij de leuze “From the river to the sea…”, wordt gescandeerd. Waarmee het wegvagen van Israël wordt bedoeld (al zeggen de demonstranten van niet). Of de kreten als “Hamas, Hamas, alle Joden aan het gas!”. Het is pure antisemitisme.

Antisemitisme is de term die wordt gebruikt om vijandigheid, vooroordelen of discriminatie tegen Joden aan te duiden. Het is een vorm van racisme en discriminatie die specifiek gericht is op Joodse mensen vanwege hun religie, etniciteit of culturele achtergrond. Antisemitisme kan variëren van verbale uitingen van haat en negatieve stereotypen tot gewelddadige daden, discriminatie op de werkplek en politieke beleidsmaatregelen die Joodse gemeenschappen benadelen.

Ook in Nederland neemt het antisemitisme snel toe sinds het begin van de oorlog tussen Israël en Hamas. Het is zorgelijk hoe snel dit zich voordoet, iets wat we in al die jaren na de Tweede Wereldoorlog nog niet eerder gezien hebben. Onlangs was ik op uitnodiging van Rabbijn Spiero bij een bijeenkomst in de Synagoge om te praten over de ontwikkelingen in Israël en Nederland. Mensen voelen zich niet veilig in Nederland, foto’s van kinderen worden in app-groepen op scholen gedeeld, waardoor de kinderen thuis gehouden worden, kinderen die worden bedreigd op de middelbare school. Joodse scholen worden gesloten omdat de veiligheid van de kinderen niet meer kan worden gegarandeerd. Huizen worden beklad met Davidster en hakenkruis. Mensen durven niet meer openlijk Joodse kenmerken te dragen, zoals een keppel of een kettinkje met een davidster om de nek, want dan worden ze uitgescholden voor ‘kanker Jood’ of ‘vuile Jood’ of zelfs bespuugd als ze over straat gaan. Mensen worden op het werk en via de mail lastig gevallen. Bijvoorbeeld Joodse organisaties in Nederland die mails krijgen met daarin de tekst: ‘Goed dat de Joden nu eindelijk worden aangepakt’. Het zijn slechts een paar voorbeelden.

Ook in andere landen in de wereld grijpt het antisemitisme als een razende om zich heen. Intimidatie van Joodse studenten op universiteiten. De bestorming van het vliegveld in Dagestan en onlangs het neersteken van een Joodse vrouw in haar eigen huis in Frankrijk. En vooral ook het antisemitisme op Social Media wat steeds heftiger wordt.

Antisemitisme blijft een ernstig probleem in de wereld, en het is belangrijk om bewustzijn te creëren en te streven naar een wereld waarin alle mensen gelijk worden behandeld, ongeacht hun religieuze of etnische achtergrond. Vrede handhaven en respect voor de medemens gaan niet vanzelf, dat merken we in deze tijden waarin antisemitisme weer opkomt en racisme toeneemt. Dan vraag je je af; “Nooit meer…?”.

Herdenking Kristallnacht

Onlangs kwam het in het nieuws dat de stille tocht van de Kristallnacht herdenking in Groningen niet door gaat, vanwege de situatie in het Midden-Oosten. Bij de Kristallnacht herdenking herdenkt men de nacht van 9 op 10 november 1938, waarbij de nazi’s in heel Duitsland honderden synagogen, Joodse winkels en woningen van Joden plunderden en in brand staken. Ook Joodse scholen en begraafplaatsen waren het doelwit. Bij deze pogrom zijn tienduizenden Joden publiekelijk vernederd en mishandeld en minstens honderd Joden zijn vermoord of tot zelfmoord gedreven.

Dit jaar zullen de Kristallnacht herdenkingen vooral achter gesloten deuren gehouden gaan worden, omdat de veiligheid niet kan worden gegarandeerd. Op de een of andere manier ben ik daar stil van en denk ik terug aan juf Engelman, over wat ze zei over herdenken en vrijheid. Joden zijn dus niet vrij om te kunnen zijn wie ze zijn, om te kunnen gaan en staan waar ze willen, om voor hun mening uit te kunnen komen, zonder dat ze lastig gevallen worden. Om vrij te kunnen herdenken, zonder dat die herdenking verstoord zal worden. Dan denk ik ook terug aan het Wilhelmus wat we van haar leerden zingen, aan de woorden vrij, onverveerd, wat onverschrokken betekend en dus niet terugschrikt voor gevaar en de laatste zin van het zesde couplet “de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt”. Hierbij moet ik ook gelijk aan het H.M. van Randwijk-monument in Amsterdam denken, met het opschrift: “Een volk dat voor tirannen zwicht, zal meer dan lijf en goed verliezen, dan dooft het licht…’.

Ikzelf vind dat de Kristallnacht overal herdacht zou moeten kunnen worden, want anders heeft het “Nooit meer…” geen enkele betekenis meer. Natuurlijk begrijp ik en respecteer ik ook de keuzes om de Kristallnacht herdenkingen achter gesloten deuren te houden, maar tegelijkertijd vind ik ook dat we strijdbaar moeten zijn om niet aan het antisemitisme toe te geven. Het doel van antisemieten is juist om tweedracht te zaaien in de samenleving, om angst te zaaien en mensen uit elkaar te spelen. Als we daaraan toegeven, dan slaagt men in dat doel en dat weiger ik te doen. “Noot meer” betekend bij mij dan ook “nooit meer”. We zouden ons als samenleving hard moeten maken om juist dit soort momenten als de Kristallnacht te herdenken. Niet alleen voor de slachtoffers van toen, maar ook als een les voor het heden. Haat zorgt niet voor oplossingen. De Kristallnacht laat zien waar haat toe leidt.

Daarom zal ikzelf op donderdagavond 9 november om 20.00 uur bij het Joods Monument in Haarlem een kaars ontsteken, een steentje leggen en de Kristallnacht gaan herdenken. Mocht u dat ook willen doen en zich veilig genoeg voelen om ook naar het Joods Monument in Haarlem te komen, dan bent u van harte welkom om dat samen met mij te doen.